vrijdag 2 maart 2012

Visie op zorg

Visie op zorg: denken vanuit integratie van huisartsen- en medisch specialistische zorg.

In Nederland hebben wij een ijzersterke eerstelijns zorg. We moeten er wel voor waken dat we geen last krijgen van een remmende voorsprong. Versterking van de eerstelijn zou namelijk wel eens een belemmering kunnen vormen voor een integratie met de medisch specialistische zorg.
In andere landen kent men de begrippen eerste of tweedelijn niet. Waar het om gaat is afstemming van de zorg tussen de verschillende beroepsgroepen, onder regie van de huisarts of de medisch specialist. De juiste zorg moet op de juiste plek gegeven worden. Crux is dat men geen eigen belang heeft bij het behandelen van
patiënten. Op de één of andere wijze zal er een gezamenlijk belang gecreëerd moeten worden door bijvoorbeeld een deel van de bekostiging afhankelijk te maken van de gezamenlijk behaalde gezondheidswinst.
Als we nadenken over een toekomstvisie op (huisartsen)zorg is het de kunst de gedachten naar de toekomst te laten afvloeien en het heden daarbij los te laten.

Ik vraag mij af of het niet verstandiger is te gaan denken vanuit de inhoud van de zorg en daarna pas de discussie te voeren over waar die zorg kan worden geleverd? Het denken in termen van een versterking van de eerstelijn is mijns inziens geen juiste. Natuurlijk is het belangrijk dat de juiste zorg op de juiste plaats wordt geleverd. Maar beter is de inhoud van de zorg als vertrekpunt te nemen, in plaats van de plek waar deze wordt geleverd: dus de huisartsenzorg en medisch specialistische zorg.

Nog mooier zou het zijn om bij gedachten over de toekomstvisie van zorg, gezondheidswinst als uitgangspunt te nemen. Dit vereist namelijk veel data over behandelingen, uitkomsten, prestatie-indicatoren e.d.. Hierin hebben we wel een stap gemaakt de laatste jaren.
In de VS zijn er voorbeelden van zorgorganisaties die denken vanuit het principe van gezondheidswinst. Een mooi voorbeeld hiervan is de Kaiser Permanente (KP). Op basis van continu onderzoek blijven zij de zorg constant verbeteren. KP beschikt over overzichten van patiënten en veel data. De processen worden continu gemonitord en verbeterd. Juist die constante verbeterslag en het kritisch blijven op eigen handelen is iets waar we in Nederland lering uit kunnen trekken.

We zouden deze wijze van denken, werken en organiseren van zorg in Nederland in regio’s vorm kunnen gaan geven. Er zouden regionale afspraken gemaakt kunnen worden met zorgaanbieders en zorgverzekeraar(s) om met elkaar de best mogelijke kwaliteit van zorg te verlenen. Hierbij zouden afspraken gemaakt kunnen worden over de individuele en gezamenlijke kwaliteit van de te leveren zorg (prestatie-indicatoren), daar waar mogelijk over te behalen gezondheidswinst en over verbeterpunten. Aan de hand van de in kaart te brengen zorgvragen en de te leveren zorg zouden budgetten kunnen worden verdeeld.

Om de kwaliteit van de geleverde zorg te ontwikkelen, te monitoren en constant te verbeteren is een onafhankelijk regionaal kwaliteitsbureau nodig (bijvoorbeeld door doorontwikkeling van een zorggroep). Een dergelijk bureau faciliteert het opstellen van (evidence based) zorgprogramma’s, waarbij alle beroepsgroepen aan tafel zitten. Als de zorgprogramma’s zijn vastgesteld op inhoud, wordt er gekeken/besloten door wie de zorg het beste (wat betreft kwaliteit en kosten) kan worden geleverd: de huisartsenzorg of de medische specialistische zorg.
Het kwaliteitsbureau/de zorggroep visiteert, monitored en is vooral gericht op verbetering en ondersteuning van de zorgverleners. Het principe hierbij is dat van ‘shared saving’. Dit houdt in dat besparingen die worden gedaan in het programma voor een deel weer terugvloeien naar de beroepsgroepen, zodat zij verder kunnen innoveren. Het andere deel is een besparing voor de zorgverzekeraar, hetgeen betekent dat zij de premies kunnen verlagen, daarnaast wordt uit de besparingen het kwaliteitsbureau betaald.

Ik zou graag een dergelijke regionale pilot willen uitwerken met betreffende zorgaanbieders en verzekeraar in onze/een regio (DWO-NWN). Met elkaar een vergezicht maken van de visie op de regionale zorg en dan gewoon starten met een eerste stap de afgesproken richting op. Gewoon starten dus en vooral doorzetten en blijven verbeteren en aanpassen op alle fronten. Je gaat met elkaar een avontuur aan, waarbij de paden soms nog vereffend moeten worden. Maar als we het roer niet omgooien en gewoon gaan starten, ben ik bang dat er niets cruciaals gaat veranderen.
Ik zou deze uitdaging wel aandurven in onze/een regio. Ik zeg doen!

6 opmerkingen:

  1. Uitstekend idee: weg van het hokjes denken en elkaar vinden op zorginhoud! Waar wachten we op. Ik zeg doe mee!!!!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik neem aan dat je shared saving bedoeld en niet gemeenschappelijk scheren. Ik vind dit model het meest werkbare model dat zorgkwaliteit en de zorgbehoefte centraal zet zonder de kosten op te jagen. Dit kan alleen als je het heilloze marktdenken afzweert. Er is maar één regio in NL waar je dat (bijna) straffeloos kunt doen als waakhondje NMA in haar hok blijft: onze regio WSD.
    Mattees.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Het is een nobel streven om het beste en maximale kwaliteit te leveren uitgedrukt in individuele en gezamenlijke kwaliteits prestatie-indicatoren. Het is goed om dit via een geintegreerd systeem te doen tussen huisartsen en specialisten en andere zorgaanbieders die zich inzetten voor de patient in samenwerking met budgethouders en met wederzijdse afhankelijkheid en verbondenheid. Er zitten ook grenzen aan. Het beste willen leveren en kwaliteit van hoog vaandel is niet ongelimiteerd leverbaar en pragmatisch uitvoerbaar in de praktijk. Het is wenselijk te waken dat onze primaire taak is zorg te leveren aan degene die zorg behoeven, omdat ze kwetsbaar zijn of vanwege ziekten. Het oog hebben voor zorgbehoeften en deze ook daadwerkelijk met elkaar te leveren kan soms in z'n geheel niet in getallen uitgedrukt worden. Het geven van aandacht is heel kostbaar en kost tijd en inzet. Dit gaat niet over efficiency, productie cijfers, getallen en kostenbesparingen, maar over mensen zorg bieden vanuit compassie en persoonlijke aandacht. We zouden met elkaar daadwerkelijk kunnen erkennen en onderkennen dat deze behoefte de grondslag is van genezing en deze tijdsinvestering weer daadwerkelijk inroosteren in alle overvolle agenda's vanuit vastgestelde productie eisen en programma's van prestatie indicatoren. Maak persoonlijke aandacht weer onderdeel van geleverde zorg vanuit het weten dat dit onze primaire zorgbehoefte is.
    Groet, Else van Krieken.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Binnen een integrale benadering van zorg en kwaliteit van bestaan zou er ook aandacht zijn voor de dagelijkse omgang met voeding. Hiermee krijg je een sleutel in handen die deuren opent naar een verbeteringen in zowel lichamelijke als geestelijke gezondheid. Ook omdat factoren als zelfredzaamheid, sociale verbindingen en aansluiting met de buitenwereld een belangrijke rol spelen in welzijn en in herstel. Voor meer info over hoe dit te verwezenlijken verwijs ik naar www.visie-in-voeding.nl en met name het programma Je Lust en Je Leven(waar ik pilot locaties voor zoek :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Ik ben het geheel eens met de reacties. Het beste willen leveren is inderdaad niet ongelimiteerd. Niets doen kan ook een goede keuze zijn. Dat zou meer bespreekbaar moeten zijn. Dat de "visie op zorg" eigenlijk aangevuld moet worden met "& gezondheid" trekt de visie breder en maakt het completer. Momenteel ben ik een visie/plan aan het schrijven over "visie op zorg en gezondheid" waar inderdaad ook de elementen uit zorg houden en uit zorg halen inzitten. Daarbij zijn een gezonde leefstijl en voeding erg belangrijk. gr Yvonne

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Het is jammer dat je de versterking van de Eerstelijn naar de prullenbak verwijst. De vraag naar een oplossing voor de steeds duurder en complexer worden van de zorg is m.i. niet op de door jou voorgestelde wijze te bereiken en wel om de volgende redenen:

    Zorg op de juiste plaats is bedoeld om zorg én welzijn in elkaars verlengde te brengen. Vandaar als vertrekpunt de plek waar mensen wonen en zijn, de buurt, de wijk en niet zozeer vanuit een technologisch, medisch inhoudelijke insteek.
    We staan voor een enorme maatschappelijke taakstelling om zorg betaalbaar en toegankelijk voor allen te houden. Zeker zo belangrijk daarin is de participatie van allen aan de maatschappelijke welvaart en welzijn. Eigen verantwoordelijkheid, kostenbewustzijn en zelfmanagement zijn daarbij belangrijke elementen die verder ontwikkeld en gestimuleerd moeten worden.

    Je idee om gezondheidswinst als meetinstrument te hanteren is goed, ware het niet dat dit nauw samenhangt met het welzijn van mensen. Zet deze twee zaken maar eens om in een indicator. Dat is een hele klus.
    “Shared Savings” zijn een mooie en de ideële uitkomst van iets wat we tot nu toe nog nooit in Nederland hebben mogen beleven: kostenreductie in de zorg. Deze liggen niet op het inhoudelijke vlak, maar juist op het maatschappelijke gebied.
    Substitutie van zorg van de tweede naar de eerstelijn, hoe moeizaam dan ook, lijkt een reëlere kans van slagen te hebben.

    Het vormen van onafhankelijke regionale kwaliteitsbureaus die data genereren is mogelijk. We moeten ons echter wel afvragen of een landelijke club dat niet beter en goedkoper kan en of er geen infrastructuur bestaat die deze data al prima kan genereren. Maar dat moeten we dan wel willen. Een onafhankelijk kwaliteitsbureau kan voorts geen regie nemen in zaken als verdeling van uitvoering van zorg.

    Het uitgangspunt moet niet de plek zijn waar vandaan zorg wordt geleverd, niet de inhoud van de zorg alleen en niet de vraag wie de regie mag voeren. Uitgangspunt moet zijn waar de patiënt /cliënt behoefte aan heeft. Als je zwanger bent is dat een verloskundige, als je klachten aan het bewegingsapparaat hebt ga je naar de fysiotherapeut. En dan alleen als het nodig is. Waar we behoefte aan hebben is minder consumptie van zorg, niet van (nog) betere (medisch) specialistische zorg onder regie van één of twee beroepsgroepen. Hoe we dat realiseren is een uitdaging voor ons allen!
    Ik zou dus juist wel inzetten op de Eerstelijn. Populatiegerichte budgettering, het vergroten van kostenbewustzijn bij zorgverleners en patiënten en substitutie van de Tweede naar de Eerstelijn bevorderen. Daar wil ik graag aan willen meewerken!

    Adrie de Jong, directeur ELO (ROS)

    BeantwoordenVerwijderen