woensdag 18 januari 2012

Visie op zorg: reist u mee naar 2020?

Als we nadenken over een toekomstvisie op (huisartsen)zorg is het de kunst de gedachten naar de toekomst te laten afvloeien en het heden daarbij los te laten. Veel toekomstvisies zijn geredeneerd en bedacht vanuit het heden. Uitgekomen wordt dan op het opleiden van personeel, andere organisatie van praktijken e.d., maar dat is natuurlijk geen echte toekomstvisie. Bij het nadenken over een toekomstvisie moet je daadwerkelijk je gedachten naar bijvoorbeeld het jaar 2020 kunnen verplaatsen. Welke zorg zou ik als patiënt in het jaar 2020 willen ontvangen en hoe ziet je organisatie van zorg er dan uit?
Onderstaande toekomst bespiegeling is geschreven door een collega van de Zorggroep Eerste Lijn (ZEL) Sietske de Witt-Herder en wil ik u niet onthouden. Vanuit de inhoud van zorg geredeneerd geeft zij een doorkijkje naar het jaar 2020 en laat ons zien hoe de organisatie van zorg er tegen die tijd in onze regio uit zou kunnen zien. Reist u mee naar 2020?

De regio met de hoogste kwaliteit van zorg tegen de laagste kosten.
Door Sietske de Witt-Herder                                                                                     Naaldwijk, Februari 2020

De regio NWN DWO was in 2019 wederom de regio in Nederland met de beste zorg, beste service en laagste kosten voor chronisch zieken. De gezamenlijke herinrichting van de zorg, die in 2013 onder een experimentregel van de NZA  is gedaan, werpt zijn vruchten af. Zo heeft de regio in het zevende jaar op rij een flinke besparing weten te realiseren en is de kwaliteit van zorg met grote stappen vooruit gegaan.

Dit kon doordat alle partijen in de regio: de zorgverzekeraar (DSW), de Zorggroep Eerste Lijn, de ziekenhuizen, de verpleging en verzorging en de paramedische zorgverleners het roer radicaal hebben omgegooid. In plaats van elkaar te beconcurreren hebben de partijen met elkaar afgesproken dat alleen de beste kwaliteit van zorg en service tegen de laagste kosten een toekomstbestendige insteek is. “ Ten slotte hebben we één groep patiënten omringd door één groep zorgverleners die de zorg verlenen tegen één budget”, aldus de directeur van de ZEL, “marktwerking leidt niet tot lagere prijzen maar tot opportunistisch gedrag en de kwaliteit is er niet persé mee gediend. Bovendien kost het uiteindelijk meer geld. We doen het nu goedkoper met elkaar”.
De nieuwe werkwijze kende een voorzichtige start. Het begon met een overleg tussen de ZEL, de preferente zorgverzekeraar en de ziekenhuizen waarin het onderlinge vertrouwen werd opgebouwd om deze grote stap met elkaar te kunnen maken. Zo werden ook de financiën van de partijen transparant  voor de overlegpartners. Door gericht te blijven op de kwaliteit van zorg op de juiste plek en risico’s te nemen, konden grote stappen worden gemaakt. “ Als ziekenhuis moet je een behoorlijke drempel over om zo in je boeken te laten kijken. Zeker als een consequentie kan zijn  dat je een deel van de zorg, en dus van je budget moet afstaan, omdat dat naar de eerste lijn gaat. Door het onderlinge vertrouwen om het goed met elkaar te willen regelen, hebben we deze stap toch durven nemen. We hebben altijd gekeken naar een win-win-win-win situatie. Uiteindelijk blijkt dat er wellicht een verschuiving plaats vindt in de zorg, maar dat er altijd budget is om de hoogwaardige specialistische zorg waar het ziekenhuis voor staat, te kunnen bekostigen. Soms moet je ook durven beslissen dat je als ziekenhuis dingen doet die daar eigenlijk niet thuis horen”, aldus één van de bestuurders van één van de ziekenhuizen. In een latere fase zijn ook verpleging en verzorgingsinstellingen in de regio bij het overleg aangesloten.

De begeleiding van deze herinrichting vond plaats onder begeleiding van de ZEL. De ZEL is ontstaan in de tijd van de DBC systematiek voor chronische zieken en heeft zich in de loop der tijd ontwikkeld tot een regionaal kwaliteitsbureau met een zakelijke inslag. De ZEL, die zich daarvoor als onafhankelijk orgaan binnen de regio heeft opgesteld, faciliteert de overleggen, richt de zorgprogramma’s in en maakt prognoses en begrotingen.
Het opstellen van een zorgprogramma, voorheen ketenzorg, wordt gedaan door een zogenaamd expertteam. Een expertteam bestaat uit zorgverleners die veel expertise hebben op het specifieke zorgterrein. Alle beroepsgroepen zitten hierbij aan tafel. De uitgangspunten zijn dat het protocol altijd evidence based is en kwaliteit van zorg biedt op de juiste plaats. De juiste plaats betekent ook de goedkoopste plaats, zolang de kwaliteit daar niet onder lijdt. Dit traject staat los van de budgettering van de zorg. Dat vindt plaats in een bestuurlijk overleg met de verschillende instellingen en zorgverzekeraar DSW. Voor lopende programma’s wordt elk jaar bekeken of er bepaard kan worden. De incentive om dit te doen wordt gegeven door het principe van ‘shared saving’. Dit houdt in dat besparingen die worden gedaan in het programma voor een deel weer terugvloeien naar de beroepsgroepen, zodat zij verder kunnen innoveren. Het andere deel is een besparing voor de zorgverzekeraar, dat inhoudt dat zij de premies kunnen verlagen. Uit deze besparingen wordt de ZEL betaald.
“Er lopen momenteel zorgprogramma’s voor Diabetes Mellitus, COPD, CVRM en ouderenzorg. De komende jaren gaan we naar andere aandoeningen uitbreiden. Ook willen de gemeentes aanhaken om interventies gericht op leefstijl en preventie beter te positioneren, zodat de zorgkosten nog verder om laag kunnen” aldus de directeur van de ZEL. “Ook denkt DSW na over het belonen van gezond gedrag bij patiënten, zodat ook bij hen de incentive gaat ontstaan om mee te doen aan het zorgprogramma. Verschillende experimenten in Europa hebben reeds aangetoond dat dit zeer succesvol kan zijn”.

3 opmerkingen:

  1. dit is volgens mij een visie op de toekomstige uitvoering van de zorg, maar daar is tegen die tijd geen vraag meer naar. dit zal allemaal dus wel optimaler kunnen, prima, daar zal iedereen blij mee zijn en uiteindelijk leren zorgaanbieders ook beter over de eigen schutting heen te kijken. maar jullie klant die uiteindelijk ook jullie rekening betaalt zie ik hierin niet terug. het gaat in 2020 dus echt niet meer over het beter organiseren van het aanbod of het meer vraaggestuurd organiseren van het aanbod maar om om het inspelen op de werkelijke vraag. en daarvan zie ik in dit betoog helaas niks terug. via wat radicale stellingen als 'zonder vraag geen aanbod' of 'de beste zorg is geen zorg' kan ik hopelijk de urgentie uitdragen dat iedereen in de zorg echt moet gaan 'omtinken'. straks betaalt elke consument de niet-verzekerde zorg al zelf, evenals een groot deel van de verzekerde zorg. de patient als opdrachtgever in een keten die is gebaseerd op de werkelijke vraag, kunnen jullie daarmee omgaan? kennen jullie die werkelijke vraag? ook als er geen financiering voor is, dus de klant zelf moet betalen? als jullie hier nog eens over willen brainstormen, dan meld ik me graag aan.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Beste Ton,
      Bedankt voor je reactie. Ik begrijp uit je verhaal dat je in mijn stuk het perspectief van de zorgvrager mist? Ik denk dat onze meningen wellicht niet zover uiteen hoeven te lopen, alleen de insteek is een iets andere. Ik redeneer namelijk vanuit de kwaliteit van zorg, omdat ik er van overtuigd ben dat dat het uitganspunt moet zijn, ongeacht de bekostigingsvorm en de vraag. Een goede kwaliteit van zorg gaan we allemaal voor en is dus ook in het belang van de zorgvrager. Ik denk dat Nederland daarnaast trots mag zijn op een systeem waarin de huisarts als poortwachter er voor zorgt dat de zorgkosten niet (nog meer) uit de klauwen lopen. Ik zoek dus naar een eenheid van kwaliteit op de juiste plaats op het juiste moment, en niet naar 'u vraagt wij draaien...', maar wellicht begrijp ik je niet helemaal goed.

      Als je jouw verhaal eens concreet zou willen maken in een betoog dan praat ik daar graag over mee.

      Met vriendelijke groet
      Sietske

      Verwijderen
  2. Beste Yvonne en Sietske,

    Een heel mooi artikel, leuk geschreven! Leest goed.
    Vooral de toekomstvisie: één groep patiënten omringd door één groep zorgverleners die de zorg verlenen tegen één budget. Dat betekent dat de oude kaders en taakstellingen van alle partijen om de patient heen zijn verbroken. De keuze van inzetten van benodigde expertise volledig afgestemd op zorgvraag en niet op zorgaanbod.
    De poliklinieken bestaan dan niet meer, omdat eerste lijn en tweede lijn dan ook niet meer bestaan. De ziekenhuizen zijn er alleen nog voor opnamen in kader van verpleeg- en behandelingszorg. De overige activiteiten zijn gebundeld en afgestemd op elkaar in centra in elke stad gelokaliseerd, omdat de kracht uitgaat van zorg dichtbij huis. De patienten zijn hier ook erg tevreden over, er worden nu geen dingen meer dubbel gedaan vanwege de integrale samenwerking. Er zijn bovendien integrale programma's rondom hartfalen, depressie, chron. psychiatrie en voor de laag sociale klasse en multiculturele gebonden problematieken.

    Ook prikkelend artikel met leuke humor, zoals: 'Soms moet je ook durven beslissen dat je als ziekenhuis dingen doet die daar eigenlijk niet thuis horen”, aldus één van de bestuurders van één van de ziekenhuizen.'
    En prikkelend zoals: Ook denkt DSW na over het belonen van gezond gedrag bij patiënten, zodat ook bij hen de incentive gaat ontstaan om mee te doen aan het zorgprogramma. De verantwoordelijkheid wordt genomen door de patient zelf.

    Groet, Else

    BeantwoordenVerwijderen